De linkerarm van de wanhopige uitbreker en rechterarm van het
monster dat hem in bedwang houdt dateren van 1904. Of de planken
waarop zij werden geschilderd pas toen voor verzwakt materiaal in
de plaats kwamen of eerder is niet meer te achterhalen. Vooral de
arm van het monster, die voor de gestrekte rechterarm van de man
is weergegeven, doet vreemd aan. De kleuren waren afgestemd op
de door de vernis verdonkerde, vergeelde staat.
Gezien hun niet meer passende kleuren en ongeloofwaardigheden
in hun vormgeving zijn de armen vervangen door een reconstructie
naar de fguren in Warmenhuizen die daar door het atelier van
Jacob Corneliszoon in 1525 naar het voorbeeld van Alkmaar zijn
geschilderd.
Het vuur dat sinds de restauratie van 1904 de rechter benedenhoek
vult, werd in 1942 nog wat verder met vegen oranje en karmijn-
rood opgestookt. De bij de vorige restauraties niet herkende resten
van de onderkaak, hoektanden en de neus van het monster bleven
gelukkig behouden zodat daarin de resten van een Hellemond
konden worden herkend, zoals die in Warmenhuizen nog compleet
bewaard is.
De Hellemond gereconstrueerd op basis van de complete versie
in Warmenhuizen en de bewaard gebleven details. De aanwezig-
heid van de verdoemde die zijn haar uitrekt kon worden herkend
aan zijn bewaard gebleven rechterarm.